Wat een dag! We waren gaan picknicken. Bram (4) op zijn eigen fiets, dus niet te ver van huis. We doen dat vaker. Op een dijk zitten we dan te kijken naar de vogels, de libellen boven de sloot, enzovoorts.
Het begon al heel mooi met een paardenbijter die boven de sloot patrouilleerde. In september zie je er – bij mooi weer – soms tientallen tegelijk jagen boven beschutte veldjes, maar die zijn niet te fotograferen. En bovendien: het wás geen mooi weer, de afgelopen weken. Maar nu éindelijk weer eens libellen kijken in de zon.
Maar het werd mooier. Op de terugweg namen we een pad over een dijk waar vaak leuke dingen te zien zijn. Wel even afstappen, want het is er modderig.
Ik hoorde twee buizerds roepen, en keek omhoog en keek naar de buizerds en die waren prachtig om te zien, tegen de stapelwolken. Wat een diepte geeft dat.
Maar toen werd mijn aandacht getrokken door een vogel die veel lager op een thermiekbel dreef. BAM! Zeearend!
Een meter of 100 hoog, maar hemelsbreed niet eens een kilometer van ons huis.
Niet dat hij aan het jagen was; er is daar een grote plas maar dit leek me een trekker. Die plas is wat te druk.
Het is de tweede keer dat ik een zeearend heb gezien. De eerste keer vloog de arend veel hoger en kon ik slechts ‘determinatiefoto’s’ maken (ik was trouwens nog nooit zo blij met lelijke foto’s). Niet dat ik nu materiaal om in te lijsten heb, maar de arenden komen kennelijk steeds dichter bij mij. Volgende keer neem ik maar wat te eten voor ze mee.
Hieronder: zie die snavel!