Maagstenen
Een tijd geleden deed ik op het strand een aardige waarneming: ik zag een kraai steentjes eten. Vreemd, zou je denken, maar helemaal niet ongewoon voor vogels. In feite gaat het om het inslikken en niet om het eten van stenen.
Hieronder: lijkt me als een steen op je maag te liggen (tekst gaat verder onder de afbeelding).
Spiermaag
Zo’n kraai op het strand lust vast wel een schelpje of een kleine krab, en dan is het wel zo handig dat je maag die schalen kan vermalen.
Bij vogels (en reptielen, trouwens) gaat het voedsel via de krop (een opslagplaats voor voedsel, waar het alvast een beetje weekt) naar de kliermaag, waar er pepsine en zoutzuur bij worden gevoegd. Dan komt de spiermaag, en dat is inderdaad een maag met twee sterke spieren eromheen. De spiermaag verteert het eten niet, maar vermaalt het.
En daar zijn die steentjes voor: ze helpen het eten te vermalen. Maagstenen dus, of nog beter: gastrolieten.
Hieronder: daar gaan de gastrolieten. Klinkt als een kunstzinnige stroming. “De gastrolieten, die in de jaren ’50 zich afzetten tegen de nieuwe zakelijkheid en voornamelijk werkten met dood materiaal”.
Dinosaurussen
Sauropoden (die enorme dinosaurussen, zoals de diplodocus) waren planteneters. Maar ze hadden een gebit dat niet geschikt was om mee te kauwen: dunne potloodtanden in plaats van grote dikke kiezen om mee te malen, zoals grote grazers doen.
Maar hoe verteerden ze dat voedsel dan? Met maagstenen, werd lang gedacht. In de buikholte van skeletten van sauropoden werden gepolijste stenen ontdekt, en dan weet je genoeg.
Maar onderzoek wees een andere richting op. Sauropoden zijn er niet meer maar je kunt wel struisvogels onderzoeken. Dat zijn de dichtstbijzijnde levende verwanten van de sauropoden.
De stenen die gevonden zijn bij sauropoden werden vergeleken met de stenen in de magen van struisvogels. De stenen in de stuisvogelmaag van struisvogels bleken helemaal niet gepolijst te zijn maar aangetast door het zuur, en verbrokkeld. Maagstenen worden dus niet gepolijst in de vogelmaag. Ook bleek de hoeveelheid stenen totaal niet overeen te komen. Zouden sauropoden maagstenen gebruiken voor de vertering, dan zouden ze omgerekend c.a. 300-500 kilo stenen bij zich moeten hebben gedragen. Zoveel werden er niet gevonden bij hun skeletten. Hoogstwaarschijnlijk gebruikten ze dus geen maagstenen. Maar wat dan?
Mogelijk lieten ze hun eten fermenteren in hun enorme spijsverteringskanaal. En die stenen? Wellicht daadwerkelijk opgegeten, voor extra mineralen?
Hier, kun je het zelf lezen!
Hieronder: zeehond. Die zagen we op dezelfde ochtend ook.
Hieronder: stuk fossiel bot. Vonden we ook nog, diezelfde ochtend!